Update 23-09-2022
Er is inmiddels meer helder over het IZA, waarbij een aantal forse bezwaren zijn afgezwakt. Met dank aan Dirkzwager advocaten hieronder nadere duiding.
-“Uit vertrouwelijke stukken blijkt dat het oorspronkelijke plan om de vergoeding voor ongecontracteerde zorg te verlagen deels verlaten is. In het IZA wordt de maatregel weliswaar nog steeds genoemd, maar daarbij wordt nu expliciet vermeld dat het zogeheten ‘hinderpaalcriterium’ in acht genomen dient te worden. Dit criterium houdt kort samengevat in dat de vergoeding voor ongecontracteerde zorg niet zodanig laag mag zijn dat dit voor verzekerden met een naturapolis een feitelijke hinderpaal vormt om zich te wenden tot een niet-gecontracteerde zorgaanbieder.
–Ook het coulanceverbod is uit het definitieve IZA verdwenen. In het concept IZA stond nog een verbod voor zorgaanbieders om het verschil in vergoeding tussen ongecontracteerde zorg en gecontracteerde zorg voor eigen rekening te nemen. Een verzekerde die zich tot een ongecontracteerde zorgaanbieder wendt, zou dan altijd een deel van de kosten zelf moeten betalen. Deze maatregel is terecht geschrapt.
-Ook de ‘onafhankelijke indicatiestelling’, die in het concept IZA was geïntroduceerd voor het geval het aandeel ongecontracteerde zorg onvoldoende zou afnemen, is uit het definitieve IZA verdwenen.”
-Tav de offerte is geen verdere duiding gekomen. Dirkzwager advocaten: “Nut en noodzaak van deze maatregel is niet aangetoond. Er is geen enkele indicatie dat patiënten hier niet goed over voorgelicht worden. Er zijn bovendien ook nu al NZa-regels die zorgaanbieders verplichten vooraf inzicht te geven in de hoogte van de vergoeding.”
15-08-2022: In het gisteren uitgelekte concept Integrale Zorgakoord versie 0.9 staan een paar opvallende zaken (in hoofdstuk 3.8) die het ongecontracteerd werken fors ontmoedigen. Het hinderpaal criterium lijkt daarbij ook niet echt meer te tellen. Goed om kennis van te nemen, want deze punten kunnen fors impact hebben op de strategische koers van uw praktijk of instelling.
“….. Het is in het belang van deze aanbieders – én in het belang van patiënten en de maatschappij – dat wordt voorkomen dat andere (al dan niet gecontracteerde) zorgaanbieders en zorgverzekeraars zich kunnen onttrekken aan de transformatie naar passende zorg. In de huidige uitvoering van het stelsel is het voor sommige zorgaanbieders te makkelijk of aantrekkelijk om ervoor te kiezen niet te contracteren met zorgverzekeraars. Niet-gecontracteerde zorgaanbieders zijn niet of minder goed aanspreekbaar op gelijkgerichte en gecommitteerde betrokkenheid die nodig is om de transformatie naar passende zorg daadwerkelijk voor elkaar te krijgen. Ook kan de keuze om niet-gecontracteerde zorg aan te bieden leiden tot een te grote versnippering van het zorgaanbod. Dit kan de transformatie naar passende zorg belemmeren. Tegelijkertijd is het van belang dat nieuwe/innovatieve zorgaanbieders kunnen toetreden tot de markt; een beperkt percentage niet-gecontracteerde zorg is daarom geen bezwaar.
- Offerte bij niet-gecontracteerde zorg. Om te voorkomen dat patiënten geconfronteerd worden met (hoge) zorgkosten doordat zij onbewust voor een niet-gecontracteerde zorgaanbieder kiezen, is goede informatievoorziening hierover richting de patiënt van groot belang. In dat kader onderzoekt de NZa in overleg met de betrokken zorgpartijen de mogelijkheden om niet-gecontracteerde zorgaanbieders te verplichten om patiënten vooraf schriftelijk een offerte te sturen met daarin de behandeling en de bijbehorende kosten die door de patiënt moeten worden voldaan. De behandeling kan pas starten nadat de patiënt akkoord is gegaan met de offerte.
- Invoeren coulanceverbod. Het invoeren van een coulanceverbod houdt in dat als een verzekerde met een naturapolis zorg betrekt bij niet-gecontracteerde aanbieders, de verzekerde het verschil tussen de rekening van de zorgaanbieder en de vergoeding door de zorgverzekeraar zelf dient te dragen. Dit kan niet kan worden overgenomen door de zorgaanbieder of zorgverzekeraar. Deze maatregel wordt uitgewerkt voor 1 juni 2023 door het Ministerie van VWS met consultatie van zorgverzekeraars, patiëntenorganisaties en zorgaanbieders.
- Verlagen van de vergoeding van niet-gecontracteerde zorg. Ook deze maatregel wordt uitgewerkt voor 1 juni 2023, door het Ministerie van VWS met consultatie zorgverzekeraars, patiëntenorganisaties en zorgaanbieders. Daarnaast zal verkend worden of een verplichte kwaliteitsregistratie en onafhankelijke indicatiestelling kunnen bijdragen aan de aanpak van niet-gecontracteerde zorg.
Voor alle drie de maatregelen geldt dat er voldoende keuzemogelijkheden voor de verzekerde moeten blijven én genoeg ruimte voor nieuwe, innovatieve zorgaanbieders. Dit wordt meegenomen in de uitwerking van de maatregelen door VWS. Verder dienen zorgverzekeraars een voldoende gevarieerd aanbod aan zorgaanbieders te contracteren om aan hun zorgplicht richting verzekerden te kunnen voldoen. Voor iedere verzekerde geldt op grond van de zorgverzekeringswet dat acute zorg altijd vergoed wordt, ook als deze geleverd wordt door een niet-gecontracteerde zorgaanbieder.